McLeod heeft een queeste; aandacht voor Elisabeth Samson (1715-1771); de eerste vrijgeborene en zwarte, vrouwelijke miljonair van Suriname. Vrouwen kwamen in historische werken nauwelijks voor, laat staan een zwarte vrouw. In deze film wordt McLeod ontroerend en humoristisch in beeld gebracht door Roethof, die haar volgt van de Surinaamse binnenlanden, het torentje bij premier Rutte tot in het Paleis bij president Santokhi tijdens de chaos van de Nederlandse excuses. McLeod praat openhartig over ouder worden, overgave, leven en dood, daadkracht en haar laatste wens.
The President’s Daughter & The Richest Freeborn Lady is een film over een sterke persoonlijkheid die nog steeds alles uit het leven haalt en zich blijft inzetten voor sociale kwesties binnen de Nederlandse en Surinaamse samenleving.